
De laatste dag! Na een ochtendtour langs de mall en
een ‘echte’ Chinese winkelstraat hebben we de metro genomen naar het Nationaal
Museum. Dat was wat je erbij voorstelt: Een lofzang op alle premiers, en
natuurlijk met name Voorzitter Mao, en hoe China toch geweldig in de vaart der
volkeren opgestuwd is. Dat die geschiedenis niet over rozen ging wordt
overigens zeker ook vermeld, het is maar net met welke ogen je ernaar kijkt in
hoeverre er dingen verzwegen worden. De Chinezen zelf vinden het in ieder geval
prachtig, een jong meisje sprak ons (in perfect Engels) aan waarbij ze oprecht
geroerd was door de moeilijke geschiedenis van het land. ’s Avonds hebben
we heel passend Peking Eend gegeten.
En tja, wat blijft dan hangen van zo’n stad. Vooral dat er heel veel Chinezen zijn, en dat die erg veel ruimte nodig hebben. Toen wij in de metro stonden was er een normale drukte, maar in de spits worden ze ook hier aangestampt om de wagons efficient te vullen. Daarnaast valt het contrast tussen arm en rijk op, dikke Audi’s rijden broederlijk naast volgeladen bakfietsen. Er is een overvloed aan politie (die permanent met het zwaailicht aan rijden), maar eigenlijk doen ze helemaal niets. Door deze overvloed hebben ons ons in ieder geval geen moment onveilig gevoeld. De bezienswaardigheden zijn prachtig, maar door ze allemaal af te gaan ontstaat er wel een zekere verzadiging. Gewoon rondlopen in de kleine wijkjes is net zo leuk. En het absolute hoogtepunt was denk ik voor een ieder stiekem toch de muur, al is het maar door het iconische karakter ervan.
Bedankt voor het lezen, en excuus voor alle spel- en stijlfouten, vaak kwam dit blog onder erbarmelijke omstandigheden tot stand!

Wegens (voor de verandering…) allerhande Internet
problemen deze keer maar een zeer beperkt aantal foto’s!
Vandaag was een relatief drukke dag met drie evenementen. Allereerst zijn we naar het Tiananmenplein gegaan, bij onze generatie met name bekend van de studentenopstand in 1989 met de bekende iconische foto van de tank met de man-met-tas ervoor . Zoals bij ieder begeleid bezoek werden we braaf bij het hotel opgehaald, maar het was eigenlijk ook prima te lopen geweest. Gezien de weersomstandigheden, een laf motregentje, kwam de auto echter nou ook weer niet zo slecht uit. Bij aankomst op het plein hebben we dus als eerste vier paraplu’s aangeschaft; De alom aanwezige verkopers die normaal gesproken gespecialiseerd zijn in selfie-sticks blijken zich moeiteloos aan de weersomstandigheden aan te passen, en dus in voorkomende gevallen om te schakelen naar paraplu’s en poncho’s.
Het plein is indrukwekkend groot, er passen een half miljoen mensen op maar bij gelegenheid hebben er ook meer dan een miljoen mensen op gestaan. De Chinezen vinden het plein echter vooral ook belangrijk vanwege de ligging: Het parlement ligt eraan, het mausoleum van Mao, en het grenst aan de verboden stad. We hebben het mausoleum van Mao (excuus: Voorzitter Mao) met een bezoek vereerd, wat een surrealistische beleving is. Bergen Chinezen die in hoog tempo door een enorm gebouw worden geleid, wat uitsluitend het lichaam van Mao huisvesting biedt. Of het de beste man zelf is is natuurlijk niet te verifiëren, maar het zou ons niet verbazen als Madame Tussaud hier nog een rol heeft gespeeld. De Chinezen adoreren hem echter: Ongetwijfeld een gevolg van het onderwijs wat hen mogelijk een ietwat eenzijdig beeld van de man heeft gegeven.

Vandaag was een bijzondere dag, want een bezoek aan de
Great Wall is toch wel iets heel speciaals te noemen. Na een vroeg ontbijt
(07:00) werden we door gids Jessie met haar chauffeur opgehaald bij het hotel.
We zijn ooit via Tripadvisor bij de highly recommended Jessie terecht gekomen,
en ze maakte de belofte helemaal waar. Perfect Engels gecombineerd met veel
enthousiasme zorgde ervoor dat ze vandaag een prettige reisgenoot vormde. De
riante Buick van eerder deze week was weliswaar ingeruild voor een wat aftands
Chinees busje maar dat mocht de pret niet drukken. Eerste doel van de dag was
Mutianyu; Weliswaar is de muur ook al dichter bij Beijing te bezoeken, maar dat
is ook terug te zien in het aantal toeristen. Door iets verder door te rijden
kwamen we op een locatie waar het relatief gezien rustig was, mede geholpen
door het feit dat het hoogtepunt van het toeristenseizoen ook al achter ons
ligt. Dit, gekoppeld aan het aanwezig zijn van een kabelbaan, trekt ook de
grootste twijfelaars al snel over de streep.
De rijstijl van onze kersverse chauffeur vroeg wel enige gewenning. Na gewend te zijn aan een wat agressieve rijstijl die iedere vorm van vertraging als een doodzonde beschouwde kwamen we nu in een nieuwe vorm van transport terecht waar het ingehaald worden door fietsers als niet onmogelijk werd beschouwd. Daarbij werd het hele traject bij voorkeur in een zo hoog mogelijke versnelling gereden. Het ideale schakelmoment lag bij zo’n 1000 toeren, waardoor de laagtonige resonantie de hele carrosserie en inzittenden in een soort monotone vibratie samenbracht. Waar in eerste instantie iedereen alleen maar voor zichzelf dacht dat terugschakelen een optie was, werd dit gaandeweg de rit ook steeds vaker hardop uitgesproken. Gelukkig sprak de man uitsluitend Chinees, en konden we dus zelfs bergop vrolijk verder blijven vibreren. Dat daarbij diverse lampjes op het dashboard permanent verlicht waren mag dan ook geen wonder heten.
Bij aankomst bij de Great Wall werden we via een touristtrap (20% bieden van de vraagprijs, volgens Jessie) naar een bus geleid die ons in enkele minuten onderaan de berg bracht. Hiervandaan ging de reis per kabelbaan verder, waarbij we bij toeval in de gondel terecht kwamen waar volgens het opschrift Michelle Obama in 2014 nog gebruik van had gemaakt. We kunnen dus in ieder geval stellen dat het apparaat een goed jaar geleden nog grondig gecheckt was, wat het vertrouwen van onze minigruppe nog wat verder sterkte. In slechts vijf minuten sta je vervolgens dan naast wat toch wel een van de grote wereldwonderen mag worden genoemd.
Met een grote glimlach hebben we er vervolgens rondgelopen, en eigenlijk iedereen om ons heen leek een zelfde ervaring te hebben. Het is en blijft toch wel heel bijzonder om daadwerkelijk voet te zetten op iets wat je eigenlijk alleen maar uit de geschiedenisboekjes kent. Ook veel bezoekers uit China zelf, die pas sinds kort de mogelijkheid krijgen om te reizen, staan er met eenzelfde blije verbazing van het plaatje te genieten. Eigenlijk zou je het nog het beste kunnen vergelijken met een bezoek aan de Grand Canyon waar een zelfde soort sfeer hangt. Na een flink stuk de muur op en neer te hebben gelopen en vele tientallen foto’s verder heb je het uiteindelijk natuurlijk ook wel weer gezien, en was het tijd om letterlijk en figuurlijk weer af te dalen naar ons busje.

Gisteravond moesten we natuurlijk ook nog wat eten, en
zijn we naar een door gids Lisa aangeraden restaurant in de buurt geweest.
Gelukkig hadden ze daar een Engelstalige kaart: Praktisch gezien betekent dat
hier grote foto’s met in piepkleine lettertjes een Engelstalige beschrijving
van het gebodene. Toch handig om te weten dat de zo aanlokkelijk ogende dis uit
eenden-ingewanden bestaat.
Vanochtend zijn we na het ontbijt in de taxi gesprongen, en hebben we ons naar de Lama Tempel laten brengen. Dit is de grootste Lama tempel buiten Tibet; Op ons kwam het over als een boeddhistische tempel, dus er is nog enig vervolg onderzoek nodig naar de verschillen en overeenkomsten tussen het boeddhisme en het lamaïsme. Wel een fraai gebouw wat nog volop in gebruik is. Voor de liefhebbers kunnen er drie wierrookstokjes aangestoken worden, wat met name de Chinese bezoekers volop doen. Verder zijn er monniken op tantra achtige wijze aan het bidden en is er een overvloed aan boeddha beelden te bewonderen.

Omdat we toch een keer naar Azië wilden gaan, en het
ideale moment nooit komt, verblijven we deze week in het illustere Beijing. Met
een fraaie aanbieding van onze nieuwe vrienden van Hainan Airlines zijn we van
Brussel naar Beijing gevlogen. De service aan boord was daarbij zoals we van de
Aziatische luchtvaartmaatschappijen gewend zijn, en was dus uitstekend. Het
wachten was alleen nog op een stewardess die na het twintig gangen diner je
mond af kwam vegen.
De aankomst in Beijing was tijd technisch niet optimaal, maar met een tijdsverschil van 7 uur is dat natuurlijk eigenlijk nooit het geval. Op de luchthaven eigenlijk best vlot door alle checks gegaan: Wat formulieren invullen, onduidelijke checks op besmettelijke ziekten, de koffers van de band geplukt en langs de onderbemande douane geglipt. Na de eerste Yuans gepind te hebben konden we op weg naar ons hotel. Buiten de aankomsthal vlogen de snorders en (min of meer) officiële taxichauffeurs ons al om de oren. Achteraf bleek de in eerste instantie geweigerde aanbieding van €30 toch niet zo slecht, zodat we alsnog met dit trainingspak in zee gingen. Via een onduidelijke route kwamen we in een prima SUV terecht, die ons keurig bij het hotel afzette. Wat onderweg al opviel was de drukte, ook op zondagochtend om 0600. Tijdens de rit met zo’n snorder kun je natuurlijk even rustig nadenken over alle mogelijke kidnap- en afpersingsscenario’s, maar ook nu was het weer saaiheid troef.
In het hotel was men wat verbaasd over ons vroege aankomsttijdstip, maar nadat we een fijne upgrade naar de juniorsuite geboekt hadden bleken alle bezwaren als sneeuw voor de zon verdwenen te zijn. Alhoewel we voor een optimale aanpassing natuurlijk zo snel mogelijk het ritme zouden moeten aannemen, bleek het lichaam sterker dan de geest, en besloten we toch maar om eerst een paar uur bij te slapen voordat we op pad gingen.
’s Middags hebben we de eerste verkenning van de omgeving gedaan. Op een half uurtje lopen van het hotel zijn de Verboden Stad en het Tiananmenplein te vinden. Onderweg valt het op dat er kwistig met soldaten en politieagenten wordt gestrooid. Op iedere hoek van de straat vind je ze wel, veelal strak in het gelid staand. Naarmate de tijd vordert neem je het steeds minder serieus, maar wennen is het wel. Iets verder weg is de politiedichtheid overigens een stuk normaler, maar de toeristische attracties zijn blijkbaar het beschermen waard. ’s Avonds was de puf helemaal op, en hebben we dus in het hotel een veel te duur biertje gedronken en een veel te dure bufffetmaaltijd gegeten. Bij terugkomst bleek ADO-Feijenoord live op TV te zien te zijn, dus tot zover het idee dat we echt heel ver van huis zijn. Pogingen om hierna het weblog bij te werken mislukten helaas: Internet is weliswaar aanwezig, maar lijkt aan alle kanten gefilterd te worden. Facebook werkt niet, en ook veel sites zijn niet of maar deels bereikbaar. Met wat hulp vanuit Nederland wel gepoogd om met VPN en tunnels een en ander te omzeilen, maar daar zijn ze hier blijkbaar inmiddels ook al achter. Dat wordt dus ontinternetten, maar we blijven het proberen.
Na een niet onaardige jetlag-nacht (fraaie kamer met prima bed) hebben we ’s ochtends een prima ontbijt gehad, waarna om 0900 gids Lisa samen met chauffeur plus enorme Buick voor de deur stond om ons op sleeptouw te nemen. Als startpunt reden we naar het Zomerpaleis gereden, een park van driehonderd hectare die door de keizer aan zijn moeder cadeau was gedaan. En wij zeuren over Willem Alexander. Het is een fraai oud complex, wat met de toelichting van onze gids mooi tot leven wordt gebracht. Na het zomerpaleis zijn we bij het Vogelnest geweest, het voormalig stadion van de Olympische Spelen in 2012. Mooi om te zien, maar ook merkwaardig dat het hele complex er drie jaar later nog precies zo bijligt, terwijl er slechts 4 a 5 wedstrijden per jaar in plaatsvinden.
Na het Vogelnest heeft Lisa ons meegenomen naar een typisch Chinees restaurant, gespecialiseerd in Dumplings. In een oorverdovend gekrakeel van uitsluitend Chinezen kregen we een geweldige maaltijd voorgeschoteld: Een tafel vol met van alles en nog wat, en alles smaakte even goed. Na een korte worsteling bleven de echte die-hards nog met stokjes eten, maar een enkele overloper kon de verleiding niet weerstaan om er toch maar een lepel bij te pakken. Ook de chauffeur (naam nog steeds onbekend) en de gids aten gezellig met ons mee. Grootste verrassing was de prijs, we bleken met z’n zessen inclusief bier voor €65 te hebben verbrast. Dat betaalden we op de eerste dag voor een matige buffetmaaltijd per persoon…
Een speciale vermelding in dit verband biedt de rijstijl van onze chauffeur. Sowieso trekt men zich hier vrij weinig van de verkeersregels aan, en deze schijnen slechts een soort globale richtlijn te vormen. Onze chauffeur valt hierbij echter nog in de buitencategorie, en rijdt moeiteloos flinke stukken tegen het verkeer in om de auto vervolgens zijdezacht tussen het overige verkeer te prakken. Aangezien er niet eens getoeterd wordt, vermoeden we dat dit soort auto’s misschien toch wel een soort status aparte hebben hier. Daarnaast is de man Chinees kampioen in het stoïcijns kijken, dus van wat getoeter zal-ie niet snel onder de indruk zijn.
Als laatste activiteit van de dag hebben we de Tempel van de hemel bezocht, waar in het verleden gebeden werd voor een goede oogst. Tegenwoordig zijn er veel ouderen te vinden die in het ernaast gelegen park gymnastiek doen en kaartspelletjes spelen, het laatste uiteraard om geld. Het tempelcomplex is de afgelopen decennia regelmatig gerestaureerd, en dus in heel behoorlijke staat. Leuk om rond te lopen en foto’s te maken maar aan het eind van de dag treedt er dan toch wel een zekere tempel- en gebouwenmoeiheid op. Nog even in een supermarkt wat bier en cola gehaald (wijze les van de eerste dag…), en daarna onthaasten in het hotel. Straks weer even wat eten in de buurt van het hotel, morgen hebben we nog een vrij programma.